Als je een weekend met de boot weg bent, voelt dat vaak als een week. Nu wij bijna 10 weken op pad zijn, hebben wij niet het besef dat we al ruim twee maanden onderweg zijn.
We hebben nog steeds een vakantiegevoel, wat natuurlijk komt omdat we al die tijd mooi weer
hebben. Een paar keer een buitje mag geen naam hebben. De lange broeken zitten al een tijd onder in de kast en de voorspellingen zijn ook weer heel goed. Af en toe wat warm, maar vooral als je dan voor anker ligt, heb je meestal een windje en kun je even overboord, hoewel het water af en toe wel heel erg verfrissend kan zijn. Slapen is ook geen punt. Het bed achteronder ligt in feite in het water, dus dat voelt ook niet echt warm.
Een groot voordeel ook: geen muggen en ook geen spinnen. De eerste dagen hebben we nog wat magere spinnetjes overboord gezet, maar nu is er niet een meer te bekennen.
Als je zoveel aan boord bent, kan het ook best stoffig worden, dus dan moet er toch even gewerkt worden.
We lopen veel. De fietsen uit het vooronder halen is vaak niet de moeite als de winkels op 2 á 3 km afstand zijn. We nemen de tijd om te genieten van de natuur en de mooie straatjes die we tegenkomen, zoals in Treguire. En het kleine eiland Île de Houat, waar we voor anker lagen gaf ons een echt eilandgevoel. We waren naar de kant geroeid met het rubberbootje om een brood te kunnen kopen en keken onze ogen uit.
Veel Nederlanders komen we niet tegen. Het lijkt wel of alle boten uit de vertrekkersgroep een andere bestemming kiezen. Ook zijn wij van deze groep één van de kleinste boten en er zijn ook havens waar een 50 voeter niet in past, wij kiezen liefst de wat kleinere havens.
In de vertrekkersappgroep zit iemand die een catamaran in Zuid Afrika heeft laten bouwen, een Kinetic 54. We hebben het even opgezocht; vanaf 2,3 miljoen. Wij kennen ze niet hoor.
Waar wij ons ook over verbazen; haast elke plaats hier aan de kust van Frankrijk heeft een haven met een honderden ligplaatsen met zeilboten en motorbootjes met zware motoren. Als je zeilt merk je daar eigenlijk weinig van, je komt maar heel af en toe een boot tegen. Er wordt ook veel georganiseerd in de havenplaatsen. Zeker overal staat een draaimolen, maar vaak ook een hele
kermis, muziek, braderie en vuurwerk toe. Het vuurwerk in Royan was wel het mooiste wat we
hebben gezien, daar verbleekt het vuurwerk wat normaal in Hoorn afgestoken wordt erg bij. Na ht seizoen zal dat wel afnemen.
Het leven aan boord gaat wat omslachtiger als thuis, neemt wat meer tijd, waardoor we ons nog
steeds niet vervelen. Het bemachtigen van een volle gasfles was wel een gedoetje, wat je hebt
kunnen lezen op de website. Koken, wassen, alles neemt wat meer tijd, maar die hebben we genoeg.
We genieten van de golven, de zon, de wind en het bijna niets moeten. We hebben dolfijnen gehad die meezwommen met de boot. We zijn ongewild half drooggevallen aan een mooring toen de wind draaide, we hebben op een haar na een grote gele ijzeren boei gemist, die we echt niet hadden gezien. We zijn met 4 mijl stroom mee een rivier opgevaren. We zijn losgeslagen van het anker en konden maar net op tijd de motor starten om een aanvaring te voorkomen. We hebben lekkages gehad, die allemaal weer zijn opgelost. De schootklem van de halfwinder brak af, dus die vlag moesten we bij 15 knopen wind, binnen halen. De fok wilde een paar keer niet inrollen, nu het euvel bekend is, heeft Ron dat ook weer opgelost.
Donderdagochtend 28 augustus zijn we om half zes vertrokken richting Santander. Het eerste stuk op de motor met het grootzeil bij. Er stond eerst nog stroom tegen en een pittige swell.
Na twee uur lag mijn ontbijt er al uit. Een nieuw pilletje genomen en toen ging het langzamerhand beter.
We kregen een dikke bui over ons heen en bakken zout water. Later werd het wat rustiger.
Vrijdag 19 augustus om 12 uur gingen we voor anker bij Santander. 30,5 uur en 172 mijl later.
Achteraf was het een hele zit maar viel het toch wel mee.